Welkom op deze website!

Deze website is de thuisbasis van de organisatie Fundamentum. Fundamentum zet zich in op het gebied van geloof en wetenschap, medische ethiek en apologetiek. Eigenaar van de website is Jan van Meerten. De website is ook de landingswebsite van het jaarlijkse congres ‘Bijbel & Wetenschap‘. Deze website bevat informatie over allerhande onderwerpen zoals seksuele gerichtheid, pro-life, wereldgodsdiensten (zoals Islam, Hindoeïsme etc.) en vooral over scheppingsleer, -geloof en -paradigma. In het laatste geval zijn wij voorstander van het klassieke scheppingsgeloof met een zesdaagse schepping, een historische zondeval en om niet meer te noemen een wereldwijde zondvloed. Verder gebruikt Jan van Meerten deze website om eerder door hem geschreven artikelen te bundelen en het onderwerp waarin hij zichzelf aan het specialiseren is uit te werken. Het gaat dan om paleoecologie, paleoklimatologie en paleontologie, meer specifiek de ecosystemen van de dinosauriërs (het zogenoemde Mesozoïcum), nog meer specifiek de zoogdierachtigen en vogelachtigen in deze ecosystemen. Zijn overige artikelen kunnen gelezen worden als (wetenschap)journalistieke stukken. De website bevat ook gastbijdragen van medechristenen. Als laatste is het ook de landingswebsite van de genealogie van het geslacht Van Meerten en Betuwse streekgeschiedenis. U kunt uzelf hier abonneren op de nieuwsbrief. Deze nieuwsbrief verschijnt maandelijks en zal alle onderwerpen behandelen behalve informatie over het geslacht Van Meerten. De nieuwsbrief bevat altijd de mogelijkheid om uzelf af te melden. Van harte welkom op deze website en veel leesplezier! Feedback kan gegeven worden via de pagina ‘hier mag u uw hart luchten‘. Op deze pagina zullen wij zelf niet veel reageren. Op reacties, vragen of stellingen wordt gereageerd in de rubriek ‘Feedback & vragen‘. De feedback kan ook gegeven worden via info@oorsprong.info.

Megazostrodon, een uitgestorven zoogdierachtige (Mammaliaformes) uit het Trias/Jura.
Megazostrodon, een uitgestorven zoogdierachtige (Mammaliaformes) uit het Trias/Jura. Deze foto is genomen in het Natural History Museum in Londen en afkomstig van de internetencyclopedie Wikipedia.

Een bijbelse visie op hermeneutiek en Schriftgezag – Bespreking van ‘Biblical Hermeneutics’

In deze bijdrage wil ik aandacht vragen voor de Engelse versie van een boek dat oorspronkelijk in het Duits verscheen, namelijk Biblical Hermeneutics van Gerhard Maier (1937-heden). De auteur was van 2001 tot 2005 bisschop van de Evangelische Landkerk van Württemberg. Deze studie laat ons onder andere zien dat niet alle Duitse bijbelwetenschappers Schriftkritisch zijn. Maiers boek gaat niet allereerst over de regels van de Schriftuitleg, al komen ook die ter sprake vooral als het gaat om de betekenis van de genres met betrekking tot de Schriftuitleg. Echter, Maier geeft geen brede bespreking van uitleg van genres enz.

Vooral de uitgangspunten die aan de uitleg van de Schrift ten grondslag liggen worden aan de orde gesteld. Maier komt op voor een speciale bijbelse hermeneutiek. Als het geïnspireerde Woord van God is de Schrift volstrekt uniek. Wie de Schrift werkelijk wil verstaan, moet daaraan recht doen. De exegeet als subject dient zich naar de Bijbel als object te richten en niet omgekeerd. Maier wenst in het spoor te gaan van de Reformatie en het Duitse piëtisme. Met Bengel zegt hij dat wie de Schrift wil verstaan, zich helemaal aan de Schrift dient toe te vertrouwen en zich door de gehele Schrift dient te laten stempelen. We leren de Schrift verstaan in de omgang ermee.

Het gebrek aan nadruk op de concrete omgang met de Schrift vindt Maier de zwakte bij meerdere Amerikaanse fundamentalisten. Daarbij wijst hij er overigens terecht op dat het fundamentalisme een veelkleurig verschijnsel is. Wat hem aan de fundamentalisten verbindt, is dat zij het gezag van de Schrift over de gehele linie serieus wensen te nemen.

De historisch-kritische wijze van exegetiseren wijst Maier van de hand. Hij bestrijdt dat het mogelijk is om op een gelovige wijze van de historisch-kritische methode gebruik te maken. Een visie die helaas ook binnen de gereformeerde gezindte ingang vindt. In Utrecht werd ik met deze zienswijze geconfronteerd toen ik daar theologie ging studeren. Vroeger wees men in Kampen (nu TUU) en Apeldoorn deze benadering af, maar dat is inmiddels niet meer het geval bij alle docenten die aan genoemde instellingen zijn verbonden. Ook daar is nu ruimte voor bepaalde vormen van Schriftkritiek. Het Hersteld Hervormd Seminarie kan een klassiek geluid laten horen, maar in het deel van de opleiding dat door de VU wordt verzorgd ligt dat anders tot heel anders. De Nederlandse kerk zou erbij gebaat zijn als er een theologische opleiding op academisch niveau komt waar over de gehele linie onderwijs wordt gegeven vanuit de overtuiging dat de Bijbel het onfeilbare Woord van God is en studenten gewapend worden tegen de nieuwe hermeneutiek die stelt dat de tekst van toen niet maatgevend behoeven te zijn voor de praktijk in het heden.

Maier stelt dat wie met de Schriftkritiek meegaat, kanttekeningen moet plaatsen bij de Bijbel als het Woord van God en dat wie de Bijbel zonder reserve als Woord van God ziet, geen plaats kan inruimen voor Schriftkritiek. Daarmee ontkent Maier overigens niet dat wij kunnen leren van hen die de Bijbel niet als Gods onfeilbaar Woord erkennen, maar hun grondhouding kan nooit de onze zijn. Wie recht doet aan de Bijbel als de openbaring van God, kan daar niet kritisch tegenover staan. Maier wijst in dit verband onder andere op het door Troeltsch geformuleerde principe van analogie waarmee wonderen uitgesloten worden, omdat die analogieloos zijn. Daar stelt Maier tegen over dat wij wat de Bijbel als historie meedeelt, als historie dienen te aanvaarden. De natuurwetenschap mag niet gaan bepalen of gebeurtenissen wel of niet konden plaats vinden. Als de Almachtige staat God boven de door Hem Zelf bepaalde regelmaat.

De openbaring dient over de gebruikte methode te heersen en niet de methode over de openbaring. Maier bestrijdt in dit verband dat de evangeliën slechts verkondiging en geen biografie of geschiedschrijving zouden zijn. Zij zijn het beiden. De verkondiging is onlosmakelijk verbonden met historische feiten. De verkondiging verandert van karakter als men dat ontkent.

Maier brengt onder de aandacht dat in onze tijd de kritiek op de Schrift zich nog meer richt op de ethiek die de Schrift voorstaat dan op de betrouwbaarheid van wat zij als historie meedeelt. Met een beroep op beginselen die boven de Schrift uitgaan en daarmee het concrete gezag van de Schrift ontkrachten, wordt bijvoorbeeld een van de Bijbel afwijkende visie op seksualiteit gepropageerd. Maier bestrijdt dat de Schrift niet anders dan met de attitude van de Verlichting kan worden gelezen. Met nadruk komt hij op voor de betekenis van de zogenaamde pre-kritische exegese. Wie de Schrift werkelijk wil verstaan, moet haar lezen in gemeenschap met de kerk van alle eeuwen. Maier wenst terecht de Schrift op dezelfde wijze te lezen als de kerk tot aan de Verlichting heeft gedaan.

De Verlichting heeft sterk de aandacht gevraagd voor het historische karakter van de Schrift. Daarmee kunnen we onze winst doen, als we ons maar niet mee laten voeren door de visie dat een tekst uit het verleden nooit rechtstreeks relevant voor het heden kan zijn. Sinds de Verlichting is er, meer dan daarvoor, oog voor de diversiteit van het Schriftgetuigenis. Ook dat mag verdisconteerd worden, mits wij de diversiteit maar vanuit de eenheid van het Schriftgetuigenis verstaan. Op deze wijze wil Maier aan de ene kant recht doen aan nieuwere exegetische inzichten en anderzijds laten zien dat de openbaring over de methode dient te heersen.

De wijze van Schriftuitleg die Maier voorstaat, noemt hij de bijbels-historische methode. Men spreekt ook wel van de grammaticaal-historische methode. Het woord historisch wijst erop dat wij om teksten te verstaan moeten kijken naar de context en achtergrond waarbinnen zij voor het eerst hebben geklonken en zijn gesproken. Voorafgaand daaraan dient niet alleen de betekenis van zinswendingen, uitdrukkingen enz. maar ook het literaire genre van een tekst zijn vastgesteld. Een derde fase van de exegese is dat de boodschap van een tekstgedeelte wordt vastgesteld. Van groot belang voor de exegese acht Maier terecht het zicht op het heilshistorische karakter van de bijbelse openbaring. Daarmee houdt verband dat er in de openbaring sprake is van een voortgang vooral van de oude naar de nieuwe bedeling.

Nadrukkelijk pleit Maier ervoor om de toepassing niet los te maken van de uitleg. Bij de werkelijke uitleg behoort een toepassing en een goede toepassing komt uit de uitleg van een Schriftgedeelte voort. Het uiteengaan van uitleg en toepassing is een van de wrange vruchten van de Verlichting. Juist omdat de Schrift een objectief is, kunnen ook niet (ware)-gelovigen de Schrift verstaan en is tussen hen en gelovigen een gesprek mogelijk over de inhoud van de Schrift.
Om de diepste zin van de Schrift te verstaan hebben we echter de verlichting van ons verstand door de Heilige Geest nodig. Dit besef is met de Verlichting uit de officiële theologische wetenschap zo goed als verdwenen. Echte bestudering van de Schriften is er nooit zonder gebed en ook niet zonder beproeving en aanvechting. Dat verbindt de Schriftuitlegger van nu met generaties van Schriftuitleggers voor hen. Het boek van Maier is een uitermate waardevol boek vooral voor predikanten en studenten theologie.

N.a.v.: Gerhard Maier, Biblical Hermeneutics, vertaling Robert Yarbrough (Wheaton: Crossway Books, 1994).

Wie maakt er zo’n lawaai in de Bush? – De Schreeuwpiha (Lipaugus vociferans), een van de meest luidruchtige vogels van het dierenrijk

De Bush is een indrukwekkend aangelegd ecosysteem van Burgers’ Zoo. Vanmiddag was ik er, samen met mijn vrouw, opnieuw (kort). In de Bush is iedere keer een karakteristiek vogelgeroep te horen: ‘Fhieeet-Fhieuuu‘. Welke vogel maakt dit harde geluid (van 116 decibel)? Het is de Schreeuwpiha (Lipaugus Vociferans) die daarmee een vrouwtje probeert te lokken en rivalen op een afstand probeert te houden. De Arnhemse dierentuin is de enige Europese dierentuin waar deze vogel te horen is. De rijk gevarieerde schepping van God wekt iedere keer weer verwondering.

De dierentuin legt het uit op hun website1:

“Alleen de mannetjes laten hun kenmerkende schreeuw horen. Dat doen ze in groepen geclusterd, dus vele mannetjes op enkele meters afstand bij elkaar. Achter elkaar laten ze hun tot 116 decibel harde roep horen, en de vrouwtjes kiezen aan de hand van hun roep-kwaliteit een paringspartner. Deze manier van baltsen wordt een ‘lek’ genoemd. Zo’n ‘lek-vorming’ is van slechts weinig soorten bekend, zoals ook van rotshaantjes, auerhoenders en kemphanen.”

Hieronder met dank aan Burgers’ Zoo een korte uitleg en daaronder met dank aan ‘lukiejan‘ een video van deze bijzondere vogel in de Bush. Tenslotte met dank aan ‘Fauna en Flora‘ hoe dit geluid in het regenwoud klinkt.

Voetnoten

Ingezonden brief – STOP: Vergeet de Joden niet!

Het beeld de Hand, van Gerry van der Velden, geplaatst in 2013 , staat bij afslag 35 Ochten Kesteren van de A15. De Hand is een beeld waar iedereen ‘zijn eigen gedachte bij heeft’ aldus de voettekst. Hierbij mijn gedachte.

De Hand staat zuidelijk van de Nieuwe Dijk. In de Tweede Wereldoorlog lag aan de Nieuwe Dijk Kamp Overbroek (Wikipedia). Het was vanaf 1941 een werkkamp. In 1941/1942 verbleven hier Joodse mannen, maximaal 143. Ze werden ingezet bij graafwerkzaamheden. In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 (Jom Kipoer) zijn ze allemaal, zeer waarschijnlijk via station Kesteren, naar Westerbork afgevoerd om te worden omgebracht.

Een Pruisisch vorst vroeg eens: “Geef me een bewijs dat God bestaat?” Een hoveling antwoordde: “De Joden, sire!” Israël is het bijzondere volk van God. Nu hebben de Joden Koning Jezus bij Zijn eerste komst verworpen. Maar God heeft Israël, het volk van het verbond, niet prijsgegeven. Israël betekent vorst Gods. Gods trouw bleek wonderlijk in 1948: is er ooit na bijna 2000 jaar een volk weer op de wereldkaart verschenen?!

Een nazileugen was: “Die Juden sind unser Unglück!” Een Schriftwaarheid is: de zaligheid is uit de Joden (Joh. 4:22). De zegen komt door Israël. Israëls bekering nadert: From the river to the sea, Israël will (geestelijk!) be free! Op Gods tijd zal Israël de Messias gaan belijden en zullen de Joden de evangelisten van de eindtijd zijn. Daarom STOP: vergeet Israël niet! Bid mee op D.V. 2 mei in Opheusdens dorpskerk. Aanvang bidstond 19.30u.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit Het GemeenteNieuws. De volledige bronvermelding luidt: Kooij, H. van der, 2024, STOP: vergeet de Joden niet, Het GemeenteNieuws 23 (17): 3.

Kluwen donsballetjes met ogen

Ik neem aan dat iedereen weet dat de eend op de foto een vrouwtje Wilde Eend is. Ze draagt een onopvallend bruin verenkleed – ideaal bij het broeden – en heeft evenals het mannetje een donkerblauwe spiegel met witte rand op de vleugel.

De Wilde Eend komt overal in het Rivierengebied voor. Maar hoewel de soort algemeen is, gaat het wat aantallen betreft niet goed. In de laatste 20 jaar is landelijk het aantal broedparen met ongeveer een kwart afgenomen tot naar schatting 180.00-280.00 paar in de jaren 2018-20 (SOVON). Om zicht te krijgen op de oorzaak van de afname is 2020 uitgeroepen tot het jaar van de Wilde Eend. Veel gegevens zijn toen verzameld, onder andere over de kuikenoverleving.

De foto toont een grote toom jongen: een verterend gezicht al die donsballetjes. Op de computerfoto’s telde ik 13 jongen! Allemaal van één vrouwtje? Is niet met zekerheid te zeggen.

Stel dat de tomen van twee vrouwtjes met elk zes kleine jongen elkaar kruisen. Het kan dan gebeuren dat het ene vrouwtje na de ontmoeting met negen en het andere vrouwtje met drie jongen verder gaat! Kleine jongen hebben een inprentingstijd nodig om ma eend goed te herkennen. In 2020 bleek (SOVON) dat maar de helft van de kuikens de eerste week overleeft en dat uiteindelijk slechts 23% van de kuikens vliegvlug werd.

Nader onderzoek is nodig om exact te bepalen waarom de kuikenoverleving in Nederland zo laag is. Mogelijk spelen voedselbeschikbaarheid en predatiedruk hierbij een rol.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit Het GemeenteNieuws. De volledige bronvermelding luidt: Kooij, H. van der, 2024, Kluwen donsballetjes met ogen, Het GemeenteNieuws 23 (17): 15.

De bioloog die niet gelooft in evolutie – Science4Truth interviewt dr. Erik van Engelen

Science4Truth interviewt dr. ir. Erik van Engelen. Het interview verscheen op 11 april 2024 en duurt iets meer dan 25 minuten. Dr. ir. Erik van Engelen is een bacterioloog. In de video laat hij zien dat het mogelijk is om tegelijkertijd wetenschapper en christen te zijn. Hij vertelt ook over het onderscheid tussen micro- en macroevolutie. In 2021 was Van Engelen te gast op het congres ‘Bijbel & Wetenschap’, georganiseerd door Fundamentum en Geloofstoerusting. Hij gaf toen een lezing naar aanleiding van een paper over finetuning in biology‘.1 De onderstaande video is in het Engels en bevat Engelstalige ondertiteling.

Voetnoten

‘Dinosaurs of Croatian carbonate platform’ – Rond de presentatie van dr. Marc Surtees (ICC), een drieluik

Vorig jaar presenteerde zoöloog dr. Marc Surtees uit Schotland een abstract op de ‘Ninth International Conference on Creationism‘ (ICC). Zijn presentatie ging over paleobiogeografie van de dinosauriërs.1 Dr. Surtees gaat er van uit dat de gevonden dinosauriërs uit het Mesozoïcum van ná de zondvloed dateren. Zij spreidden zich vanaf de ark van Noach uit over de aarde. We willen deze visie van dr. Surtees (in de woorden van deze zoöloog) uitwerken in een drieluik. Het eerste deel en tweede deel van dit drieluik omvatten twee presentaties van dr. Surtees. Het derde deel is een samenvatting van de abstract en lezing van dr. Surtees op de ICC (met behulp van zijn PowerPoint die hij ons toestuurde). Het doel van dit drieluik is om studenten en academici te stimuleren tot een soortgelijke deelname (of zelfs met een paper) aan de tiende ICC (vermoedelijk 2028 DV) en een lans te breken voor andere zondvloedmodellen. Vandaag deel twee: ‘Dinosaurs of Croatian carbonate platform‘.

Voetnoten

Amsterdam trekt eigen plan en wil inwoners gratis ‘geslachtswijziging’ in geboorteakte en BRP aanbieden

Amsterdam lijkt een stad te zijn waar alles kan, als het maar progressief is en de secularisatie kan bevorderen.1 Het stadsbestuur geeft aan dat ze niet willen wachten totdat het wijzigingsvoorstel van de Transgenderwet besproken is een aangenomen wordt. Voorlopig lijkt een kans tot aanname van het voorstel verkeken. Het feit dat een meerderheid van de Tweede Kamer dit voorstel wil intrekken leidde tot een reactie van het stadsbestuur.2 Een nieuwsartikel op de website van de Gemeente Amsterdam heeft als titel: ‘Geslachtswijziging in geboorteakte en BRP gratis voor Amsterdammers’.3

Gratis wijziging in geboorteakte en BRP

Het nieuwsbericht geeft aan dat men het in Amsterdam belangrijk vinden dat Amsterdammers ‘een identiteitsbewijs hebben dat past bij hun gender’. Het stadsbestuur wil dat ‘alle mensen erkend’ worden ‘zoals zij zijn’. De gemeenteraad wil daarom de kosten voor het ‘wijzigen van geslacht’ in de geboorteakte en in de Basisregistratie Personen (BRP) vergoeden. Iedereen moet ‘zichzelf kunnen zijn’. Een juist identiteitsbewijs moet kunnen helpen bij ‘het beschermen van gelijke rechten en inclusiviteit’. Het voorkomt, volgens het stadsbestuur, ‘discriminatie, verkeerde genderaanspreking en geweld’. Dit is een reactie op het wijzigingsvoorstel van de landelijke Transgenderwet. Amsterdam wil vooruit lopen op deze wet, zeker nu de behandeling van deze wet opgeschort is. Als reden geven ze dat er ‘nog steeds kosten en hindernissen’ zijn ‘die het moeilijk maken om de eigen genderidentiteit uit te dragen’. Nu zijn er juridische kosten verbonden aan het wijzigen van de ‘gender’. Wanneer men een X in het paspoort zou willen hebben, in plaats van M of V, dan moet men dat via de rechtbank regelen. Deze kosten wil het stadsbestuur ook (deels) vergoeden. Dat geldt ook voor een nieuw paspoort, identiteitskaart of rijbewijs. De scribent van het nieuwsartikel laat weten dat de Gemeente Amsterdam tot en met 2026 D.V., 60.000 euro per jaar hebben gereserveerd om dit mogelijk te maken. “Het bedrag van de vergoeding kan oplopen tot € 550,- per persoon, inclusief kosten voor nieuwe pasfoto’s, deskundigenverklaringen en juridische beoordelingen.

Korte reactie

Met ‘erkennen zoals zij zijn’ bedoelt het stadsbestuur niet, het in gereformeerde kring, zo genoemde zondaarsbestaan. Het gaat óók niet om het biologische geslacht, die voor veruit de meeste mensen vast staat bij de geboorte. Het gaat het stadsbestuur hier om gender.4 In dit besluit wordt ‘voelen’ verward met ‘zijn’. We dienen met pastorale bewogenheid rond mensen met genderdysforie te staan.5 Daarnaast moeten we onderscheid maken tussen de ideologie van het transgenderisme en genderdysforie als biologisch gegeven (van na de zondeval).6 Het besluit van het stadsbestuur gaat veel verder en probeert de scheppingsorde (op papier) op te heffen. Op papier, want de grondstructuren van de schepping zijn niet ongedaan te maken. Hoewel we direct erkennen dat de zondeval verwoestende gevolgen heeft (gehad) voor Gods schepping. Beschuldigende vingers of smalende spot passen hier niet, zeker niet als we ons eigen hart kennen. De geschiedenis van de overspelige vrouw in Johannes 8, staat als voorbeeld voor alle zonden, in het geheugen gegrift. Hoewel het, in deze verwarrende tijd, lastig is om tot een goede reactie te komen, meen ik dat het stadsbestuur te ver gaat hierin. Amsterdam lijkt (al heel lang) voorop te willen lopen als progressieve stad en Gods richtlijnen, die goed zijn voor alle mensen, met de voeten te treden. De Heere is nog lankmoedig over de stad, maar Zijn oordelen zullen komen. Het ware te wensen dat het stadsbestuur dezelfde reactie zou geven als de koning van Nineve: “Laat mens noch beest, rund noch schaap, iets smaken, laat ze niet weiden, noch water drinken. Maar mens en beest zullen met zakken bedekt zijn, en zullen sterk tot God roepen; en zij zullen zich bekeren, een iegelijk van zijn bozen weg, en van het geweld, dat in hun handen is. Wie weet, God mocht Zich wenden, en berouw hebben; en Hij mocht Zich wenden van de hittigheid Zijns toorns, dat wij niet vergingen! (Jona 3:8-9, SV). Als de wereldsteden dit zouden vernemen, dan zou Amsterdam pas voorop lopen. Het kan nog, want zo lang er leven is, is er hoop!

Voetnoten

Motie met verzoek tot intrekken omstreden wijzigingsvoorstel Transgenderwet aangenomen – Minister Weerwind weigert de motie uit te voeren

Gisteren werd de motie van mr. drs. Nicolien van Vroonhoven (NSC) en mr. Diederik van Dijk (SGP) met het verzoek om het omstreden wijzigingsvoorstel van de transgenderwet in te trekken. De stemming over deze motie was door de indieners opgeschort, omdat de voltallige fractie van NSC tijdens de vorige stemming niet aanwezig kon zijn.1 Aangezien de indieners verzocht hadden tot een hoofdelijke stemming, werd de motie gisteren in stemming gebracht. De motie werd met een kleine meerderheid van 73 stemmen aangenomen.  Minister Franc Weerwind, minister van rechtsbescherming, laat via X weten dat hij de motie niet gaat uitvoeren.2

Stemmingen

De motie van Van Vroonhoven en Van Dijk werd dus met een meerderheid van stemmen aangenomen.3 In de motie verzoeken deze leden dat de minister het omstreden wijzigingsvoorstel van de transgenderwet binnen een maand intrekt. Er werd hoofdelijk gestemd over deze motie. Het stenografisch verslag geeft een overzicht van alle voor- en tegenstanders van de motie. Om naming-and-shaming te voorkomen geef ik de namen hier niet weer. Van Vroonhoven krijgt na de stemmingen het woord. Ze wijst erop dat de minister bij de appreciatie heeft gezegd dat ‘hij het mee terug zou nemen naar de ministerraad’. Ze wijst erop dat de uitslag helder is en dat ze daarom geen reactie van het kabinet te verwachten. Het wetsvoorstel dient ‘gewoon binnen vier weken te worden ingetrokken’. De motie van Ines Kostić (MSc.) om op te schieten met het beantwoorden van de vragen rond het wijzigingsvoorstel van de Transgenderwet werd, met 73 stemmen voor en 77 stemmen tegen, verworpen.4

De stemmingsuitslag naar aanleiding van de motie van mr. drs. Nicolien van Vroonhoven en mr. Diederik van Dijk. Bron: Screenshot genomen door Jan van Meerten op 24 april 2024.

Minister

Franc Weerwind, minister van Rechtsbescherming, laat via X weten de motie niet uit te zullen voeren. Hij verwijst naar zijn bezwaren tegen de motie, die hij al eerder via de Tweede Kamer heeft laten weten. Weerwind geeft via X aan dat hij deze motie, zowel inhoudelijk als procedureel, ‘onbehoorlijk’ vindt. “Het transgender wetsvoorstel en de transgenderpersonen om wie het gaat verdienen een debat.” Weerwind schrijft in zijn vervolgtweet: “Ik weiger de motie uit te voeren, omdat het een zorgvuldig wetgevingsproces torpedeert en het de kans ontneemt om over deze belangrijke wet de dialoog met de Kamer te voeren.”

De tweets van Franc Weerwind waarin hij aangeeft de motie niet uit te voeren. Bron: Screenshot van ‘X’ genomen door Jan van Meerten op 24 april 2024

Tenslotte

Hoewel de motie dus met een democratische meerderheid is aangenomen, weigert de minister deze motie uit te voeren. Dat wil zeggen dat dit omstreden wetswijzigingsvoorstel (hoewel het controversieel verklaard is) nog steeds een keer terug kan komen op de agenda. Het lag overigens in de lijn van de verwachting dat een D66-minister het wetswijzigingsvoorstel van voormalig D66-Tweedekamerlid en transgender Lisa van Ginneken zou willen behouden. Het is, in mijn ogen, goed om te zien dat een meerderheid van de Kamerleden tegen dit wetswijzigingsvoorstel is.

Voetnoten

Kaart van Blaeu uit 1645 laat zien hoe het leefgebied van de Betuwse Van Meertens er in die tijd uitzag

Cartograaf dr. Joan (Willemz.) Blaeu (±1598-1673)1 tekende in 1645 een kaart van de Betuwe. We krijgen zo een indruk hoe de Betuwe eruit zag in deze tijd. Op de kaart zien we vooral de hoofdwegen en dijken ingetekend. De Betuwse ‘Van Meertens’ uit die tijd concentreerde zich vooral in het gebied van de uitsnede. Het gebied van Gorinchem wordt in een tweede uitsnede weergegeven. De Gorinchemse tak concentreerde zich vooral in dat gebied. Onderaan deze pagina is de kaart in groot formaat te downloaden. Met dank aan een scribent van internetencyclopedie Wikipedia voor het plaatsen van de kaart.2

Tekst in kader

De Latijnse hoofdtekst in het kader luidt:

“Tractus Rheni et Mosae totusq Vahalis a Rhenoberca Gorcomium usque cum terries adjacentibus ducatus Cliviae regno Noviomagensi et Bommelerwaert Parte insuper veteris Batavia quae continct de Betouwe Tielerwaert et com: Buyren, Cuylenborch et Leerdam.”

Uitsnede Betuwe

Uitsnede Gorinchem

De kaart is hier in hogere kwaliteit te downloaden.

Voetnoten

Kamervragen van mr. Diederik van Dijk inzake opgepakte wakers door ministers De Jonge en Yeşilgöz beantwoord

Onlangs stelde mr. Diederik van Dijk (SGP) schriftelijke Kamervragen aan Hugo de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties én minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.1 Gisteren werden deze Kamervragen beantwoord door de minister en mede ondertekend door drs. Dilan Yeşilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid.2

De ministers hebben kennisgenomen van het artikel in het Reformatorisch Dagblad.3 Op de vragen 2 tot en met vier kunnen de ministers geen antwoord geven. Als reden: “De politie treedt op onder verantwoordelijkheid van het lokaal gezag (burgemeester en de officier van justitie). Het is niet aan mij of aan de minister van Justitie en Veiligheid om te treden in individuele casuïstiek.” Van Dijk heeft de minister gevraagd of een ‘eenmensprotest’ valt onder de Wet openbare manifestaties (Wom). De Jonge geeft aan dat dit alleen geldt voor een demonstratie waarbij een collectieve mening wordt geuit. Er is sprake van een demonstratie als er twee of meer personen demonstreren. Een uiting kan beschermd worden op basis van artikel 7 van de Grondwet, vrijheid van meningsuiting. De minister geeft aan dat de gemeente wel, in de Algemene Plaatselijke Verordening, regels kan stellen voor eenmansprotesten. Maar deze regels mogen nooit gaan over de inhoud van de uiting. Dit zou in strijd zijn met artikel 7.

Ongegrond?

Zoals de minister heeft aangegeven mag, op grond van de inhoud van een uiting, geen verbod worden opgelegd. “Het censuurverbod, neergelegd in artikel 7 van de Grondwet, staat (…) een preventief verbod in de weg.” Zelfs grievende en kwetsende uitingen worden zo beschermd door de grondwet (mits ze vallen buiten het strafrecht, zoals groepsbelediging of bedreiging). Een gemeente kan echter wel vormvoorschriften vast stellen, bijvoorbeeld waar een protest plaats zou moeten vinden. “De (vrees voor) vijandige tegenreacties op het eenmensprotest kan een rol spelen bij de overweging van de gemeente om zulke voorschriften op te stellen en daarmee de vrije meningsuiting beperken.” Dit verbod mag nooit een algeheel verbod ten gevolge hebben, of de vrijheid van meningsuiting ‘anderszins uithollen’. Soms echter dienen ‘deze en andere beperkingen van de vrijheid van meningsuiting of het demonstratierecht noodzakelijk te zijn in een democratische samenleving’. De minister verwijst in een voetnoot naar de doelcriteria van artikel 10 lid 2 van het EVRM. De minister kan de rechtmatigheid van deze specifieke casus niet beoordelen, daartoe is alleen de rechter bevoegd.

Gemeentes informeren

Van Dijk vraagt zich tenslotte af wat de minister doet om de gemeentes te informeren en toe te rusten. De ministers zetten zich ervoor in dat het lokaal bestuur optimaal gebruik kan maken van het instrumentarium. Het faciliteren en begeleiden van ‘eenmensprotesten’ gebeurt door de burgemeester. Er zijn diverse handreikingen over de omgang met het demonstratierecht. De Jonge verwijst daarbij naar de handreiking van de Gemeente Amsterdam.4 Door de Rijksuniversiteit van Groningen (RUG) wordt momenteel een landelijke website ontwikkeld. Hierop kan ‘iedereen gratis en vrij toegankelijk informatie over het demonstratierecht (…) inwinnen’. Bovendien kan een online adviestool geraadpleegd worden.5 Tenslotte verwijst De Jonge nog naar de website van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters.6Deze is toegankelijk voor zowel adviseurs als bestuurders.

Beslisnota

De beslisnota bevat grotendeels dezelfde inhoud als de vragen. Minister De Jonge heeft de vragen 1 en 5 tot en met 10 beantwoord. Minister Yeşilgöz-Zegerius de vragen 2 tot en met 4. Er wordt in de beslisnota nog verwezen naar het commissiedebat voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) waar, naar aanleiding van een initiatiefnota van het lid Slagt-Tichelman, het onder gegaan is over protestacties bij abortusklinieken. “Tijdens het debat heeft de minister voor Medische Zorg toegezegd te willen verkennen of en hoe onderzoek naar (de effecten van) demonstraties bij abortusklinieken kan worden uitgevoerd. Zij zal daarover met klinieken in gesprek gaan en wil daarover voor het zomerreces terugkoppelen.

Voetnoten